Menu Close

Sat-tila Ekadasi

Dalbhyarsi zei tegen Pulastya Muni: “Wanneer de spirituele ziel in contact komt met de materiële energie, begint hij onmiddellijk zondige activiteiten te verrichten, zoals stelen, doden en ongeoorloofde sex. Hij begaat ook andere verschrikkelijke daden, zoals het doden van een brahmaha. O zuiverste van persoonlijkheden, vertel mij alstublieft hoe deze ongelukkige zielen de straf kunnen ontlopen om naar de helse regionen van de creatie te worden gezonden. Vertel mij alstublieft hoe iemand gemakkelijk van zijn zonden bevrijd kan raken, door zelfs een kleine gift te doen.” Pulastya Muni zei: “O gelukkige, je hebt mij een goede en vertrouwelijke vraag gesteld, die zelfs Brahma, Visnu, Siva, of Indra nooit hebben gevraagd. Luister alstublieft zorgvuldig naar mijn antwoord. Wanneer de maand Magha (januari- februari) komt, dient men een bad te nemen, zorgvuldig zijn zintuigen te beheersen door lust, woede, hoogmoed, afgunst, bespotting en gierigheid op te geven en te mediteren op de Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, Heer Sri Krishna. Men dient dan wat koeiemest te verzamelen voordat het de grond raakt en na het gemengd te hebben met sesamzaadjes en katoen, 108 balletjes te maken. Dit dient te gebeuren op de dag dat het sterrenbeeld van Purvasadhanaksatra komt. Dan dient men de regels en bepalingen van Ekadasi te volgen, die ik jou nu zal uitleggen.

Na een bad, dient de persoon die Ekadasi wil volgen de Allerhoogste God te aanbidden. Terwijl hij bidt tot Heer Krishna door Zijn namen te chanten, dient hij te beloven dat hij het Ekadasi-vasten zal volgen. Hij dient ‘s nachts wakker te blijven en een homa te verrichten. Dan dient de toegewijde arati te doen voor de Heer, die een schelphoorn, werpschijf, knots en lotusbloem. in zijn hand draagt, en hem sandelhoutpulp, wierook, kamfer, een gheelamp, en lekkere gerechten te offeren. Daarna dient de toegewijde de 108 balletjes koeiemest, sesamzaadjes, en katoen in het heilige vuur te offeren, terwijl hij de heilige namen van de Allerhoogste Heer, Krishna, chant. Gedurende de hele dag en nacht dient hij ook het standaard Ekadasi-vasten te volgen, welk in dit geval een vasten is van alle granen en peulvruchten. Daarbij dient men de Heer pompoen, kokosnoot en guave te offeren. Wanneer deze produkten niet verkrijgbaar zijn, dan kan men in plaats daarvan betelnoten gebruiken.

De toegewijde dient tot Heer Janardana, de weldoener van alle levende wezens, als volgt te bidden: “O Heer Sri Krishna, U bent de meest genadige Persoonlijkheid Gods en de bevrijder van alle gevallen zielen. O Heer, wij zijn in de oceaan van het materieel bestaan gevallen. Wees ons alstublieft genadig. O Lotus-ogige Godheid, accepteer onze meest nederige en liefdevolle eerbetuigingen. O beschermer van de wereld, keer op keer brengen wij U onze eerbetuigingen. O Allerhoogste Geest, O Allerhoogste Persoon, O bron van al onze voorouders, moge U en Uw eeuwige gemalin, Srimati Laksmi-devi, alstublieft deze nederige offeringen accepteren.” De toegewijde dient dan een gekwalificeerde brahmana tevreden te stellen met een warme welkom, één volle pot met water, één paraplu, één paar schoenen, kleren en hem terzelfdertijd om zijn zegens te vragen, waarmee men zuivere liefde voor Krishna kan ontwikkelen. Naar gelang iemands mogelijkheden kan men ook een zwarte koe aan zo’n brahmana schenken, vooral aan diegene die alle regels en bepalingen van de vedische geschriften goed kent. Men dient hem een volle pot met sesamzaadjes te offeren. O verheven Dalbhya Muni, zwarte sesamzaadjes zijn vooral geschikt voor officiële aanbidding en vuuroffers, terwijl witte of bruine sesamzaadjes bedoeld zijn om gegeten te worden door een gekwalificeerde brahmana Iemand die er voor kan zorgen om beide soorten sesamzaadjes op deze heilige Sat-tila Ekadasi te geven, zal worden bevorderd tot de hemelse planeten voor duizenden jaren, net zoveel jaren, als het aantal zaden dat zou worden geproduceerd wanneer de zaden die hij doneerde, in de grond zouden worden geplant en zouden groeien tot rijpe, zaad-dragende planten. Op deze Ekadasi dient een gelovige persoon te baden in water gemengd met sesamzaadjes, sesamzaadpasta op zijn lichaam te smeren, sesamzaadjes in vuur te offeren, sesamzaden te eten, sesamzaadjes te schenken en geschenken van sesamzaadjes te accepteren. Deze zijn de zes (sat) wegen waarbij sesamzaadjes (tila) worden gebruikt voor spirituele zuivering op deze Ekadasi. Daarom wordt het Sat-tila Ekadasi genoemd.

De grote Devarsi Naradaji vroeg eens aan de Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, Sri Krishna: “O machtig gearmde Heer, O U die zo liefdevol bent naar Uw geliefde toegewijden, aanvaard alstublieft mijn meest nederige eerbetuigingen. O Yadava, vertel me alstublieft wat voor resultaat men krijgt door Sat-tila Ekadasi te volgen.” Heer Krishna antwoordde: “O beste van de tweemaal geborene, Ik zal jou het verhaal vertellen van een gebeurtenis waar Ik zelf getuige van was.” Lang geleden leefde eens op aarde een oude brahmani (vrouwelijke brahmana) die Mij elke dag aanbad met beheerste zintuigen. Zij had zich heel trouw aan vele vastendagen gehouden, en vooral op speciale dagen vereerde en diende ze Mij met volle toewijding, vrij van enige persoonlijke motieven. Haar strenge vasten maakte haar heel erg zwak en mager. Zij gaf giften aan brahmana’s en jonge meisjes en was zelfs van plan om haar huis te schenken. O beste van de brahmanas, alhoewel deze spiritueel gerichte vrouw giften gaf aan waardige personen, was het rare van haar boetedoening dat zij nooit voedsel gaf aan brahmana’s of halfgoden. Ik begon na te denken over deze rare tekortkoming. Deze fijne vrouw had haarzelf gezuiverd door op alle gunstige dagen te vasten en door Mij strikt toegewijde dienst te bewijzen. Daardoor was ze zeker geschikt om Mijn persoonlijk koninkrijk binnen te gaan, dat onbereikbaar is voor gewone personen. Daarom kwam Ik beneden naar deze planeet om haar op de proef te stellen, vermomd als een volgeling van Heer Siva, compleet met een krans van schedels rond Mijn nek en een aalmoespot in Mijn hand. Toen Ik haar benaderde, zei ze tegen Mij: O eerbiedwaardige persoon, vertel mij de waarheid waarom Je voor mij bent gekomen. Ik zei: “O mooie vrouw, Ik ben gekomen om wat heilige aalmoes van jou te krijgen, waarop zij kwaad een dichte stuk modder in Mijn bedelpot gooide.” O Narada, Ik draaide Mij rustig om en ging terug naar Mijn persoonlijke woonplaats, verbaasd over de eigenaardige mengeling van grote grootmoedigheid en gierigheid van deze fijne brahmani.

Tenslotte bereikte deze sobere vrouw de spirituele wereld in haar eigen materiële lichaam, zo groot was haar inspanning bij vasten en schenken. En omdat zij Mij inderdaad een stukje modder had geofferd, transformeerde Ik dat modder in een mooi huis. O Naradaji, dit speciale huis was echter volledig verstoken van enige eetbare graanprodukten, alsmede van huisraad of versieringen, en toen ze binnen ging, vond ze alleen een leeg gebouw. Daarom benaderde ze Mij en zei in grote woede: “Ik heb herhaaldelijk gevast op zo veel gunstige dagen, waardoor mijn lichaam zwak en dun was geworden. Ik heb Jou aanbeden en tot Jou gebeden op zo veel verschillende manieren, omdat Jij werkelijk de meester en beschermer van alle werelden bent O Janardana* ondanks dat is er geen voedsel of rijkdom in mijn nieuwe huis te zien. Waarom?”

Alhoewel woede en materiële verlangens volledig afwezig zijn in de geestelijke wereld, regelde Sri Krishna voor de vrouw dat ze deze kwaliteiten kon laten zien, waardoor de heerlijkheden van Sat-tila Ekadasi konden worden onthuld.

Ik zei: “Ga alstublieft terug naar jouw huis. Later zullen de vrouwen van de halfgoden uit nieuwsgierigheid jou komen bezoeken om de nieuweling te zien, maar doe jouw deur niet open totdat ze jou de heerlijkheden en het belang van Sat-tila Ekadasi hebben beschreven.” Na dit gehoord te hebben ging ze terug naar haar huis. Tenslotte kwamen de vrouwen van de halfgoden daar aan en zeiden eensgezind: “O mooie vrouw, wij zijn gekomen om jou te zien. O gunstige vrouw, doe alstublieft jouw deur open en laat ons jou zien.” De vrouw zei: “O dierbaren, wanneer jullie willen dat ik deze deur open doe, dienen jullie mij de verdiensten te beschrijven die iemand verkrijgt door te vasten op de heilige Sat-tila Ekadasi.” Maar geen van de vrouwen konden wat zeggen. Later kwamen ze echter weer terug bij het huis en één van de vrouwen legde heel fijn het verheven karakter van deze heilige Ekadasi uit. En toen de vrouw uiteindelijk haar deur opende, zagen ze dat ze noch een halfgodin, een Gandharvi (hemelse danseres), een vrouwelijke demon, noch een Naga-patni was. Ze was maar een eenvoudige vrouw. Sindsdien volgde de vrouw Sat-tila Ekadasi, die beloont met materiële genot en tevens bevrijding, zoals aan haar was verteld. En tenslotte kreeg ze de mooie huisraad en graanprodukten die ze had verwacht in haar huis. Haar eens normale materiële lichaam werd zelfs getransformeerd in een mooie spirituele gedaante met een mooie huidskleur. Door de genade van Sat-tila Ekadasi, waren zowel de vrouw als haar nieuwe huis in de spirituele wereld uiteindelijk schitterend versierd met goud, zilver, juwelen en diamanten.

O Naradaji, een persoon dient niet uit gierigheid te vasten op Ekadasi, met de bedoeling om op een oneerlijke manier rijkdom te verkrijgen. Hij dient onzelfzuchtig wat sesamzaadjes, kleren en voedsel te doneren naar gelang zijn mogelijkheden. Door zo te doen zal hij een goede gezondheid krijgen en een verheven spirituele bewustzijn, leven na leven.

Voor een Vaisnava betekent liefdadigheid Krishna bewustzijn, vooral het chanten van de Hare Krishna mantra. Zoals Sri Caitanya Mahaprabhu zei: eka bar to mukhe hari bol bhai …ei matra bhiksa cai = O broer, chant alstublieft Hare Krishna maar één keer… Dat is de enige aalmoes die ik vraag. Wanneer een gezinsman-toegewijde het zich kan permitteren, mag hij wat sesamzaadjes, kleren of voedsel schenken aan een waardige persoon, maar dat is niet verplicht.

Van de bevrijding en toegang tot de allerhoogste woning van God, zal hij uiteindelijk genieten. Dat is Mijn mening, O beste van alle halfgoden.

O Dalbhya Muni, concludeerde Pulastya rsi, iemand die zich goed en met vast geloof aan de fijne Sat-tila Ekadasi houdt, raakt bevrijd van alle soorten van tekortkomingen, spiritueel, mentaal, lichamelijk, sociaal en intellectueel, alsmede van alle soorten van tegenspoed en kwade voorspellingen. Zonder enige twijfel bevrijdt het vasten op deze Ekadasi van alle soorten zonden die in het verleden zijn begaan, door donatie te geven, offeringen te doen, of het eten van sesamzaadjes. Iemand hoeft zich niet af te vragen hoe dat kan. De zeldzame ziel die deze activiteiten van liefdadigheid in de juiste toegewijde stemming goed verricht, de Vedische regels volgend, zal uiteindelijk bevrijd raken van alle zondige reacties en teruggaan naar God, terug naar huis in de spirituele wereld. Zo eindigt het verhaal van de heerlijkheden van Magha-Krishna Ekadasi of Sat-tila Ekadasi uit de Bhavisya-uttara Purana.