Menu Close

Yogini Ekadasi

Yudhisthira Maharaja zei: “O Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, ik heb gehoord over de heerlijkheden van Nirjala Ekadasi, die tijdens de veertiende dag van de lichte helft van de maand Jyestha komt. Nu zou ik graag willen horen over de Ekadasi, die tijdens de donkere helft van de maand Asadha (juni-juli) komt. O Madhusudana, zou U mij hierover uitgebreid willen vertellen?”

De Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, Sri Krishna, antwoordde: “O koning, Ik zal jou vertellen over het beste van alle vastendagen, de Ekadasi, die tijdens de donkere helft van de maand Asadha komt. Het is bekend als Yogini Ekadasi welke allerlei zondige activiteiten verwijdert en de allerhoogste vorm van verlossing geeft. O beste van alle koningen, deze Ekadasi verlost mensen die in de grote oceaan van het materiële bestaan zijn gevallen en brengt ze over naar de kust van de spirituele wereld. In al de 3 werelden is het de belangrijkste van alle heilige vastendagen. Ik zal jou deze waarheid uiteenzetten door een verhaal te vertellen uit de Puranas.”

Kuvera, de koning van Alakapuri en de schatbewaarder van de halfgoden, was een standvastige toegewijde van Heer Siva. Hij had een dienaar genaamd Hemamali in dienst, die als zijn persoonlijke tuinier werkte. Hemamali, een Yaksa, werd heel erg wellustig aangetrokken door zijn knappe vrouw, Svarupavati, die grote bekorende ogen had. De taak van Hemamali was om dagelijks naar het Manasarovara meer te gaan en bloemen voor zijn meester Kuvera te brengen, die dan werden gebruikt om Heer Siva te aanbidden. In plaats van naar zijn meester terug te keren en aan zijn plicht te voldoen, ging Hemamali op een dag na het plukken van de bloemen naar zijn vrouw. Opgenomen in de liefdesrelatie met zijn vrouw, vergat hij om terug te keren naar Kuvera.

O koning, terwijl Hemamali zich vermaakte met zijn vrouw, begon Kuvera Heer Siva te aanbidden in zijn paleis en ontdekte spoedig dat er geen bloemen aanwezig waren voor de middagpuja. Het ontbreken van zo iets belangrijks maakte de halfgod kwaad en hij vroeg een Yaksa-boodschapper: “Waarom is de slechthartige Hemamali nog niet gekomen met de dagelijkse offerbloemen?” Ga het uitzoeken en meld dit weer persoonlijk aan mij. De Yaksa kwam terug en vertelde Kuvera: “O dierbare heer, Hemamali is vrijelijk aan het genieten van seks met zijn vrouw.” Kuvera werd ontzettend kwaad toen hij dit hoorde en beval de gevallen Hemamali om onmiddellijk bij hem te komen. Wetend dat hij zijn plicht verzaakt en vertraagd had, benaderde Hemamali heel angstig zijn meester. De tuinman betuigde eerst zijn eer en stond toen voor zijn meester, wiens ogen rood waren geworden van boosheid en wiens lippen trilden. Woedend, schreeuwde Kuvera uit tot Hemamali: “O zondige schurk! O vernietiger van religieuze principes! Jij bent een belediging voor de halfgoden! Daarom vervloek ik jou dat je witte lepra zal krijgen en van jouw liefhebbende vrouw zal scheiden! Alleen een grote lijdensweg verdien je. O laaggeborene idioot, verlaat onmiddellijk deze plaats en begeef jezelf naar een lagere planeet.”

Zo viel Hemamali gelijk van Alkapuri en werd ziek met de verschrikkelijke kwelling van lepra. Hij werd wakker in een dichte en angstaanjagende bos, waar niets was om te eten of te drinken. Zo bracht hij zijn dagen in ellende door, niet in staat ‘s nachts te slapen vanwege de pijn. Hij leed zowel in de zomer als in de winter, maar omdat hij Heer Siva constant in volle toewijding bleef aanbidden, bleef zijn bewustzijn zuiver en standvastig. Alhoewel hij slechte reacties had gekregen door zijn zondige activiteiten, kon hij zijn verleden herinneren vanwege zijn vroomheid. Na enige tijd hier en daar gezworven te hebben, door de bergen en door vlakke gebieden, kwam Hemamali toevallig op het reusachtige Himalaya gebied. Daar had hij het wonderbaarlijk groot geluk de grote heilige Markandeya rsi te ontmoeten, de beste van alle asceten, wiens levensduur, naar men zegt, zeven dagen van Brahma telt. Markandeya zat vredig in zijn asrama, eruit ziend als een tweede Brahma.

Eén dag van Brahma (12 uren) is gelijk aan 1000 cyclussen van de vier yugas (Satya, Treta, Dvapara en Kali). Deze 4 perioden duren 4.320.000 jaren. Een volle 24-uurs dag van Brahma telt 8.640.000.000 jaren en zeven van deze dagen is 60.480.000.000 jaren. Dat is de verbazingwekkende levensperiode van Markandeya rsi, de langste op de aarde.

Hemamali voelde zich erg zondig, daarom stond hij op een afstand van de grote wijze van waar hij zijn eer betuigde en zijn gebeden deed. Markandeya rsi, die altijd geïnteresseerd is in het welzijn van anderen, zag de leproos en riep hem dichterbij: “Hé Jij, wat voor zondige activiteiten heb jij begaan om dit vreselijk leven te krijgen? Na dit gehoord te hebben, antwoordde Hemamali uit pijn en schaamte: “Beste heer, ik ben een Yaksa-dienaar van heer Kuvera en mijn naam is Hemamali. Het was mijn dagelijkse taak om bloemen uit het Manasarovara meer te plukken voor mijn meester’s aanbidding van Heer Siva. Maar op een dag kwam ik laat met de offerspullen, omdat ik overweldigd raakte door hartstocht voor mijn mooie vrouw. Toen mijn meester ontdekte waarom ik te laat was, vervloekte hij mij in grote woede. Daardoor ben ik nu beroofd van mijn huis, vrouw en werk. Maar gelukkigerwijs ben ik u tegengekomen en hoop ik nu een gunstige zegen van u te mogen ontvangen. Aangezien ik weet dat de toegewijden van de Allerhoogste Heer het belang voor anderen altijd in hun hart dragen. Dat is hun aard. O beste van alle wijzen, help me alstublieft!

In de Vedische literatuur staat:
pibanti nadya svayam eva na jalam
svayam na khadanti phalani vrksa
nadanti sasyam khalu parivaha
paropakaraya satam vibhutayah

Zoals een rivier nooit haar eigen water opdrinkt, maar stroomt voor het welzijn van anderen, zoals vruchtdragende bomen nooit hun eigen fruit opeten, maar voor anderen voortbrengen en zoals de wolken niet hun eigen regen opdrinken maar voor anderen regenen, zo leven heiligen eenvoudigweg voor anderen.

Canakya Pandita zegt:
sadhunam darsanam punyam
tirtha-bhutar hi sadhavah
kalena phalate tirtha
sadyah sadhu-samagamah

Slechts het zien van een zuivere toegewijde van Krishna is zuiverder dan het bezoeken van heilige plaatsen of pelgrimsoorden, aangezien een heilige plaats pas na een lange tijd kan zuiveren, terwijl het zien van een zuivere toegewijde iemand onmiddellijk zuivert.

Markandeya rsi antwoordde: “Omdat jij me de waarheid hebt verteld, zal ik jou vertellen over een vastendag dat jou enorm zal bevoordelen. Als je vast op de Ekadasi die tijdens de donkere helft van de veertiende dag van de maand Asadha komt, zal je zeker van deze vloek verlost raken.” Na het horen van deze zegenende woorden van de beroemde wijze, viel Hemamali op de grond uit volledige dankbaarheid en bracht hem zijn nederige eerbetuigingen. Maar Markandeya stond op en tilde Hemamali op; hem vervullend met onbeschrijfelijke blijdschap. Zoals de wijze hem geïnstrueerd had, voldeed Hemamali plichtsgetrouw aan het Ekadasivasten en als resultaat hiervan werd hij weer een knappe Yaksa. Toen keerde hij terug naar huis waar hij heel gelukkig met zijn vrouw leefde.

Omdat Hemamali verlangde om terug te keren naar de hemelse planeten en naar zijn vrouw, was het resultaat van het houden van Ekadasi dat hij zijn materiële doel bereikte. Maar een toegewijde van Krishna volgt Ekadasi alleen met het verlangen om zijn toegewijde dienst voor de Heer te vergroten en dus bereikt hij een spiritueel resultaat.

Heer Krishna concludeerde: “O Yudhisthira, je kan dus gemakkelijk zien, dat vasten op Yogini Ekadasi heel erg krachtig en gunstig is. De verdienste die iemand kan krijgen door het voeden van 88.000 vrome Brahmana’s, kan ook verdiend worden door zich simpel te houden aan het strikt vasten op Yogini Ekadasi. Voor iemand die vast op zo’n heilige Ekadasi, worden de opeenhopingen van zondige activiteiten in het verleden vernietigd en men wordt heel erg vroom. Aldus O koning, heb Ik jou uitgelegd over de zuiverheid van Yogini Ekadasi. Zo eindigt het verhaal van de heerlijkheden van de Asadha-krishna Ekadasi, of Yogini Ekadasi, uit de Brahma-vaivarta Purana.